Hendrik Nicolaas Werkman wordt op 29 april 1882 geboren in het Groningse Leens, Marnegebied.
Hij is de zoon van Klaas Jacob Werkman (1847-1891), veearts, en Grietien Alingh Louwes (1850-1931).
Werkman is de middelste van drie broers, tussen Pieter Jacob (1880-1963) en Martinus Hendrikus (1884-1953). Hij was een Nederlands expressionistisch kunstenaar en verzetsstrijder. Hendrik Nicolaas Werkman is één van de laatste uit het Nederlandse verzet die door de Duitsers wordt gedood. Werkman zelf werd na zijn arrestatie overgebracht naar Bakkeveen, waar hij op 10 april 1945, vlak voor de bevrijding van Bakkeveen, waar hij gevangen wordt gehouden, is gefusilleerd.
Op 13 april was Bakkeveen bevrijd, twee dagen later Groningen.
Hij werd bekend als de drukker van "De Ploeg", de kunstenaarsvereniging die aan het begin van de 20e eeuw het culturele leven in Groningen "opschudde".
Al vroeg in zijn leven was hij samen met zijn broers creatief bezig. Ze maakten hun eigen speelgoed, en de jonge Hendrik hield zich bezig met het schrijven van teksten en fotografie. In 1903 begon hij, samen met zijn jongere broer Martinus, met schrijven. Tot aan 1907 schreef hij voor verschillende Groningse bladen, maar toen hij zich in dat jaar verloofde ging hij bij een drukkerij werken.
Foto: Nico Jesse, januari 1943
Journalist en kunstenaarAl vroeg in zijn leven was hij samen met zijn broers creatief bezig. Ze maakten hun eigen speelgoed, en de jonge Hendrik hield zich bezig met het schrijven van teksten en fotografie. In 1903 begon hij, samen met zijn jongere broer Martinus, met schrijven. Tot aan 1907 schreef hij voor verschillende Groningse bladen, maar toen hij zich in dat jaar verloofde ging hij bij een drukkerij werken.
Een jaar later richtte hij zijn eigen drukkerij op, die tot 1922 bestond. In deze jaren trouwde hij en werd lid van de kunstenaarsvereniging 'De Ploeg'. Deze groep zorgde in de jaren '30 al voor veel opschudding in cultureel Groningen, en Werkman gebruikte na het sluiten van zijn drukkerij deze groep om zich als kunstenaar te vestigen. Hij begint met schilderen en tussen 1923 en 1926 ging publiceerde hij zijn eigen tijdschrift, The Next Call. Hij stuurde het rond aan de andere Ploeg-leden en enkele andere contacten. Aan het einde van de jaren '30 kwam hij in contact met Willem Sandberg, directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam. Dankzij Sandberg, die een bewonderaar is van de Groningse kunstenaar, had Werkman in 1939 zijn eerste eigen tentoonstelling en kwam veel van zijn werk in het Stedelijk Museum terecht.
Vriend van joden
In 1940 richt hij samen met Ate Zuithoff, August Henkels en Adri Buning 'De Blauwe Schuit' op, een kunstenaarsgroepje dat teksten en gedichten uitgeeft waarin kritiek op het naziregime verborgen ligt. Zij geven tot aan 1944 ongeveer veertig teksten en gedichten uit. In 1941 maakt hij kennis met het chassidisme, een stroming binnen het Jodendom, en in 1942 en 1943 publiceert hij de Chassidische Legenden I en II, ieder voorzien van tien illustraties, zogeheten 'druksels', die typisch zijn voor Werkman. Op 13 maart 1945 werd Werkman gearresteerd door de Duitse Sicherheitsdienst. Waarom precies is nooit duidelijk geworden; waarschijnlijk had men het vermoeden dat hij illegaal drukwerk verrichtte. Bovendien bleek uit het soort werk dat hij publiceerde dat hij een vriend was van joden en zwarten, wat als een nog grotere misdaad werd gezien. Al zijn werk werd in beslag genomen en meegenomen naar het Scholtenhuis, waar het later, bij de bevrijding van Groningen, samen met het gebouw vernietigd werd.
Nagedachtenis
Werkman was in de eerste plaats een kunstenaar, die nieuwe druktechnieken ontwikkelde, in plaats van een verzetsstrijder. Hoewel hij kritiek uitte op de nazi's, was dat altijd enigszins verbloemde kritiek. Hij is vooral bekend geworden door het tragische feit dat hij zo kort voor de bevrijding werd gefusilleerd. Voor hem en de negen anderen die met hem gefusilleerd werden is een monument in Bakkeveen opgericht.
Het monument in Bakkeveen, op de plek waar Werkman gedood is.
In 1962 werd de Stichting H.N. Werkman opgericht, met als doel het werk van Werkman in een bredere kring bekend te maken. De Stichting heeft diverse publicaties op haar naam staan over Werkman en zijn werk. In 2002 werd het Werkman Project opgezet, om het hele oeuvre van Werkman toegankelijk te maken en om wetenschappelijk onderzoek naar hem te verrichten. In 2008 zijn er in het Joods Historisch Museum en in het Stedelijk Museum in Amsterdam vrijwel gelijktijdig exposities over Werkman te zien geweest. In het Grafisch Museum Groningen is een Werkman-atelier ingericht, waar aan de hand van authentiek materiaal wordt getoond hoe Werkmans technieken tot stand zijn gekomen. Ook zijn er verschillende ter plaatse gemaakte reproducties van zijn druksels te bezichtigen.
Werkmanmonument in Leens
Op de 'steen' is een in brons gegoten zetsel gemonteerd met de tekst van een gedicht van Werkman:"de verborgen wegen zijn het mooist,
op de onopengesneden bladen,
als het stil gedragene dat niemand weet,
dat niemand ziet, dan na den dood."
Ook op de 'steen' is een drukkersrol gemonteerd, uitgevoerd in roestvrij staal.
De voetplaat bestaat uit natuursteen (hardsteen).
Enige werkstukken van Hendrik Nicolaas Werkman