


De fabriek zou een lengte krijgen van 12.55 meter, een breedte van 8.00 meter en een hoogte van 8.00 meter. Met behulp van een stoommachine van drie a vier pk. kon de gecondenseerde of samengeperste melk (melkpoeder) worden geproduceerd. De fabriek werd wel gebouwd maar tot productie van melkpoeder is het niet gekomen.
In 1892 zag het bestuur van De Stoomzuivelfabriek "De Marne" er wel brood in om dit pand aan te wenden tot stoomzuivelfabriek. Het bedrijf werd een coöperatieve en de oprichtingsakte passeerde ten overstaan van notaris Reilingh in Leens. Van het bestuur was Derk Roelf Mansholt voorzitter en L. Bolt secretaris. De leden verplichten zichzelf om de af te leveren hoeveelheid melk aan deze fabriek aan te bieden. De verbouwkosten van de fabriek en de aan te schaffen inventaris bedroegen ongeveer 15.000 gulden. De schoorsteen kwam aan de zuidoosthoek te staan en deze kreeg een hoogte van 12.50 meter. De afstand tot de grindweg was 12 meter en vanaf de rand van het kanaal Ulrum - Warfhuizen 8 meter. Een afvoerbuis vanaf de stoomketel liep naar een nabijgelegen sloot. Het spuien van het water dat afkomstig was uit de stoomketel mocht vanaf de grindweg niet zichtbaar zijn. De stoommachine die werd geplaatst kreeg een vermogen van ongeveer 5 pk. en de ketel ongeveer 7 pk.
In de vergunning kwam te staan dat het gebouw van steen moest zijn opgetrokken en een niet vlambare dakbedekking

Advertentie van 17 juni 1910
Bron: Hogelandster 1995, Jannes Russchen
Diverse kranten
Diverse kranten

1. Kolenloods
2. Melkontvangst
3. Kantoor
4. Kamer
5. Melk koken
6. Volle melkbak
7. Ketel
8. Stoommachine
9. Pasteuriseren
10. Centrifugeren
11. Melkwarmer
12. Roombakken, 750 liter elk
13. Boter kneden
14. Drijfas
15. Karns
16. Schoorsteen
17. Overdekte spoelplaats
18. IJshut